Bob
Filminformatie
Titel: Bob
Duur: 3 min.
Regisseur: Jacob Frey & Harry Fast
Duitsland, 2009
Taal: Engels
Genre: Animatiefilm
Adviesleeftijd: 11-14 jaar
Synopsis
Wanneer een hamster een glimp opvangt van een andere sierlijke hamster in een kooitje verderop is hij tot alles in staat om erbij te geraken, zelfs de hele wereld rond is hem niet te ver. Maar er staat hem een grote verrassing te wachten…
Thema’s
Stereotypen
Gender verwachtingen
Op je gevoel afgaan
Coming out/outing
In BOB blijkt het idee van elkaar achtervolgen door verschillende omgevingen niets anders dan een optische illusie. De camerahoek laat het lijken alsof de landschappen op de posters in een reisbureau de echte locatie van de actie zijn. Dit gezichtsbedrog kan een startpunt zijn voor verschillende oefeningen:
Oefening 1: Achtergronden
Enkele bekende oefeningen kunnen een leuke start zijn in het verkennen van achtergronden en perspectieven. Voor deze oefening moet je in staat zijn om foto's te projecteren op een scherm of muur. Je kunt gebruik maken van een computer en beamer, dia's of een overhead projector.
Met behulp van dia's met 5 verschillende landschappen kan je:
- Deel kleurenkopieën van de foto's uit, één exemplaar per student. Ze mogen de foto’s niet aan elkaar tonen. Vraag elke leerling een beschrijving van zijn landschap op te schrijven, niet teveel details maar globaal beschreven. Verzamel alle foto's in een doos.
Trek een beschrijving uit de doos. Lees ze hardop voor. Past de beschrijving bij het beeld dat geprojecteerd wordt op het scherm? Kunnen de leerlingen op het einde beslissen welke beschrijving bij welke foto past? Was er soms een komisch effect? ( Hoe extremer je je foto's kiest, hoe meer dit kan leiden tot een komisch contrast.) - Schrijf een neutrale tekst over een nieuwsitem, niet al te specifiek over de context of de locatie, maar in een algemene toon. Bijvoorbeeld: "Veel mensen hebben zich verzameld om te protesteren tegen ..." of "Deze historische omgeving was de perfecte locatie voor een vreedzame bijeenkomst van ..." Laat de leerlingen de tekst hardop lezen, terwijl ze voor de geprojecteerde dia staan. Verandert de interpretatie van het nieuwsitem door de locatie die wordt afgebeeld op de achtergrond? Hoe? Met een komisch effect?
- De leerlingen brengen een foto van hun favoriete vakantiebestemming mee. Het kan een plaats zijn waar zij daadwerkelijk zijn geweest op vakantie, of één waar zij in de toekomst naartoe willen gaan. Staande voor dit beeld, geprojecteerd op het scherm, vertellen ze over het landschap op de foto en welke speciale aantrekkingskracht dit op hen heeft. Stimuleer hen om de achtergrond -foto te gebruiken op een creatieve manier, als een deel van hun uitleg.
Oefening 2: Perspectief I
In deze film wordt perspectief gebruikt om het publiek te misleiden. Bekijk de film nog eens en zoek naar:
- Het exacte moment waarop je begreep waar het zich echt afspeelt.
- Onmogelijkheden in het gebruik van perspectief (zoals het loopmolentje dat over een rots botst, enz.)
- Focus op de toeristische foto’s die gebruikt worden als achtergrond in Bob:
- Welke locaties worden weergegeven?
- In welk land?
- Welk continent?
- Waar zou jij naartoe op reis willen?
Oefening 3: Perspectief II
We kennen allemaal de vakantiefoto's, waardoor een bepaald perspectief een grappig effect ontstaat(een toerist op de voorgrond, die doet alsof hij duwt tegen de Scheve Toren van Pisa op de achtergrond, of een man leunend met zijn arm op de top van de Eiffeltoren).
- Kunnen de leerlingen een dergelijke trompe l'oeil foto vinden op het internet?
Door het perspectief te veranderen krijg je soms een totaal andere kijk op een situatie. Net als in deze beroemde historische voorbeelden:
a) een close up van een man die agressief een vrouw van de stoep duwt b) maar vanaf een afstand zien we dat de man de vrouw duwt omdat er een zwaar voorwerp uit een raam valt en haar kan verpletteren.
Kunnen de leerlingen zelf enkele soortgelijke situaties bedenken waarbij een breder perspectief de interpretatie van de emotie op de foto verandert?
Probeer om de dualiteit in de emoties (huilen van de pijn -> huilen van geluk, angstig schreeuwen -> schreeuwen van opwinding, ...) duidelijk te maken.
Kies de beste ideeën en laat de leerlingen die foto's ook maken.
Oefening 4: Stel je voor…Animatie or live action film?
Alles is mogelijk in een animatiefilm. De gekste ideeën komen op het scherm. Maar wat kan er in een live action film, wanneer acteurs van vlees en bloed bepaalde situaties moeten verbeelden?
Wat zou er wel of niet kunnen als BOB een remake zou krijgen als live action film? (behalve het feit dat je de hamsters door mensen moet vervangen)?
Oefening 5: Het geslacht herkennen
In onze eerste ontmoeting herkennen we Bob duidelijk als een vrouwelijk exemplaar. Later herkennen we hem duidelijk als een mannelijk exemplaar.
Wat doet ons het geslacht van een bepaald persoon herkennen? Hoe komt het dat we - anders dan de hamster in de film - zelden fouten maken?
Probeer Bob te vergelijken in het begin en het einde van de film. Hoe verschillen beide karakters? Wat zijn de verschillen in lichaamstaal, houding, fysieke verschijning? (Let op de fysieke details, zoals de borst, kin, ogen, ...).
Kan je aangeven op welk moment de filmmaker het vrouwelijke in een man laat veranderen? Hoe doet hij dat?
Hoe komt het dat we meestal zo gemakkelijk het geslacht van mensen die we ontmoeten herkennen? Zelfs op zeer jonge leeftijd, tekenen kinderen jongens en meisjes verschillend. Hoe (?of waarom?, waardoor?) doen ze dat?
Teken meerdere 'eieren' aan de bovenkant van enkel pagina’s op een rij naast elkaar: gezichten zonder verdere attributen. Verdeel de pagina's met de eieren onder de leerlingen.
- Laat de leerlingen in tweetallen werken. Een daarvan tekent een gezicht op 3 'eieren'. Hoe maken ze duidelijk of het een jongen of een meisje is? Kan de duo-partner gemakkelijk het geslacht van de personages identificeren? Kan de tekenaar, met een of twee potloodstrepen, het geslacht van de getekende personage veranderen? Hoe kan je een jongen om zetten in een meisje en vice versa?
- Hetzelfde kan gedaan worden met silhouetten. Hoe herken je een jongens silhouet en hoe een meisjes silhouet? Is het door de taille, de heupen, de benen? Hoe is het in het echte leven? Vergelijk de vorm van een jongen en een meisjeslichaam, neem enkel de secundaire geslachtskenmerken in overweging.
- Nu mogen de duo’s gebruik maken van kleding en accessoires om de silhouetten om te zetten in mannetjes of vrouwtjes. Welke attributen gebruiken ze voor jongens en meisjes? Maak een lijst van de attributen die werden gebruikt. Zijn dit echt typische accessoires? Bespreek de stereotypen in hun keuze.
Discussie: Er zijn biologische redenen waarom onze geest niet gemakkelijk zal falen in het herkennen van andermans sekse. Kunnen de leerlingen erachter komen waarom onze hersenen georganiseerd zijn op die manier?
Zijn sommige leerlingen ooit aangezien voor iemand van het andere geslacht? Waren enkele jongens ooit aangezien voor meisjes of vice versa? Hoe voelen ze zich hierover? Is dit hetzelfde voor de jongens als voor de meisjes? Wordt een tomboy (meisje) gemakkelijker geaccepteerd dan een verwijfde jongen?