Skip to content

Donkey Girl

Still

Filminformatie

Titel: Donkey Girl
Duur: 13 min.
Regisseur: Ties Schenk
Nederland, 2006
Genre: Live action fictie
Taal: Nederlands, Arabisch met ondertitels
Adviesleeftijd: 11-14 jaar

Synopsis

Farouzi (12) is een Nederlands-Arabisch meisje. Terwijl ze aan het werk is in de visserij staart ze dromend uit het raam. Ze is niet geïnteresseerd in de jongens van de visserij, de enige die iets voor haar betekent is haar ezel Soufiane. De ezel volgt haar altijd. Op een dag komt er een meisje op een brommer voorbij de visserij. De aankomst van dit eigenzinnige meisje doet Farouzi op haar ezel springen, op zoek naar geluk.
De twee meisjes ontmoeten elkaar op het strand. Op de een of andere manier verstaan ze elkaar. Beetje bij beetje komen ze dichter bij elkaar.
De mysterieuze ontmoeting van de twee meisjes wordt neergezet met zachte maar krachtige beelden.

Thema’s

Stereotypen
Persoonlijk geluk
Relatie met leeftijdsgenoten
Onzekerheid
Anders voelen
Op je gevoel afgaan
Culturele diversiteit

Still

Opdrachten

A. Before  the film: Inleiding   5 min.
  Oefening 1  Meisjes en jongens dingen duo’s 30 min.
B. Vertonen van de film:   15 min.
C. Na de film:    
  Oefening 2 Eerste indrukken klassikaal 15 min.
  Oefening 3 Wie, waar wanneer? klassikaal 15 min.
  Oefening 4 Zeg het eens anders! individueel 15 min.

 

A: Voor de film
Inleiding

Het is aan te raden de leerlingen te informeren over de onderwerpen in de film alvorens deze te bekijken.
In de film spelen twee meisjes de hoofdrol. Ze zijn tot elkaar aangetrokken en kussen elkaar zelfs een keertje. Misschien zijn ze wel verliefd?

Ga in gesprek met je leerlingen:

Ben jij al eens verliefd geweest?
Ken jij mensen die verliefd zijn?
Wat wil dat zeggen?
Hoe voel jij je dan?
Kan je het aan iemand zien dat die verliefd is?
Wat gebeurt er wanneer je verliefd wordt?
Is het altijd leuk om verliefd te zijn?
Kan je verliefd worden op iemand van hetzelfde geslacht?
Kan je verliefd worden op iemand met een ander geloof?
Kan je verliefd worden op iemand die veel ouder of jonger is?
Kan je verliefd worden op iemand in een ander land?
Kan je verliefd worden op iemand van een andere etnische afkomst?
Wat zijn jouw dromen voor de toekomst?
Hoe zie je jouw vriendschappen en relaties in de toekomst?

 

Oefening 1: Jongens en meisjes dingen! (stereotiepen)

Laat de leerlingen op het internet plaatjes zoeken van dingen die zij typisch vinden voor jongens en/of meisjes.

Waarom heb je dit gekozen?
Waarom vind je dit een typisch jongens- of meisjes ding?
Hoe zou dat komen?
Wat vind je zelf leuk?
Hoe voel je je wanneer je als jongen een ‘meisjes-ding’ leuk vindt of als meisje een ‘jongens-ding’?

Je kunt plaatjes verzamelen over verschillende onderwerpen: mode, beroepen, vrije tijd, sport, televisie etc.
Bespreek je gekozen beelden in duo’s..

Denk eraan dat er ook pornografische beelden op het internet staan en dat er leerlingen zijn die graag choqueren.

Maak een elektronische collage van plaatjes die je leuk vindt en plaats die op je online profiel.

C: Na de film
Oefening 2: Eerste indrukken

Om de eerste indrukken van de leerlingen na de film op te vangen kan je starten vanuit deze vier onderwerpen:

DE FILM MAAKT ME…
OPVALLENDE MOMENTEN
VISUELE ASPECTEN
VRAGEN

Leg de vier onderwerpen kort uit. Geef de leerlingen wat tijd om hun bevindingen op het bord of op flappen te schrijven.

DE FILM MAAKT ME
Op deze eerste flap kunnen ze hun gevoelens kwijt die ze voelden tijdens het bekijken van de film. Deze kunnen over de inhoud gaan maar ook gevoelens van waardering en afwijzing.

OPVALLENDE MOMENTEN
Op de tweede flap schrijven ze alle momenten uit de film die ze zich nog herinneren. Momenten die hen hebben aangesproken, geraakt.

VISUELE ASPECTEN
De derde flap is om alle visuele aspecten te noteren die hen opvielen tijdens de vertoning. Dingen over camera, geluid, muziek, kleurgebruik, belichting, acteerprestaties,…

VRAGEN
Allerlei vragen over zaken die ze niet begrepen hebben: inhoud, personages, setting, dialoog, verhaallijnen, …

Na deze oefening heb je een goed idee wat er leeft in de groep: belangrijke scènes, opvallende visuele aspecten, belangrijke vragen… Een goed startpunt voor verdere discussie.

Still

Oefening 3: Wie, waar, wanneer?

De plaats en tijd waar de film zich afspeelt zijn erg onbestemd en dromerig. We horen verschillende talen (Arabisch, Nederlands, Frans en Engelse ondertitels)en zien mensen van verschillende etnische afkomst. De meisjes zingen een Arabisch liedje. Hun kleding, huizen, … geven geen duidelijk antwoord op de vraag waar en wanneer het verhaal zich afspeelt.

Waar en wanneer denken de leerlingen dat zich dit allemaal afspeelt?
Het lijkt alleszins een zuidelijk land. Misschien Marokko.
Wat geeft hen deze indruk?

 

De titel is in een lettertype dat op Arabische letters lijkt, er is oosterse muziek te horen in de soundtrack. De boot in het water, de ezel, de visnetten… lijken buitenlands voor de meeste kinderen.

Verrassend genoeg is de film opgenomen op het kleine eiland Vlieland, in het noorden van Nederland.
Vraag de leerlingen hoe het kan dat het toch ergens in een Zuidelijk land lijkt?
Het grootste deel van de film is op het strand opgenomen. De filmmaker heeft een stuk strand gekozen waar je enkel water en zand kan zien, het zou overal kunnen zijn. Geen huizen, geen vuilbakken, geen ijskraampjes, … die de exacte locatie verraden. Kunstmatige belichting doet het lijken alsof het heel zonnig en warm is. We horen enkel het geluid van de zee. Geen auto’s, treinen, fabrieken, …
Ze gebruikten special een oude, houten boot in plaats van een nieuwe plastieken, ze hebben visnetten op de pier gehangen, hebben de ezel een oriëntaals stofje aangedaan en houden op deze manier de kijker een beetje voor de gek.

Je kan dit makkelijk zelf uitproberen en kijkers bedotten. Het enige dat je nodig hebt is een fotocamera en een ladder. Door gewoon de richting van je camera te veranderen kan je het doen lijken alsof je de muur oploopt of op één vinger staat. Let er wel op dat je een effen, egale achtergrond hebt.
Nog een simpel trucje is dat voorwerpen dicht bij de camera groot lijken. Hoe verder weg van de lens, hoe kleiner de voorwerpen worden.
Je kan dit gebruiken om bijvoorbeeld een foto te maken waar het lijkt alsof een leerling tegen een balpen leunt (balpen dicht bij de camera, leerling verder weg.) Het is wat zoeken en proberen om de juiste positie te vinden maar het resultaat is zeker grappig!

Oefening 4: Zeg het eens anders!

De film begint met een gedicht:

“Waar plassen vissen?
Op deze moment hebben we het raden naar.
Ze leven boven oordeel,
Want vissen oordelen niet.
Voor een vis is er geen water
En voor het water zijn er geen vissen.
Het water is de vissen.”

Nadat de meisjes elkaar gekust hebben praten ze niet. Ze beginnen te zingen en te dansen.
Sommige onderwerpen, zijn moeilijk om over te praten.
Dan kan het makkelijker zijn om te zingen.
In de film praat Farouzi ook niet over bepaalde zaken zoals haar onzekerheid en haar gevoelens.

Liedjesschrijvers en poëten schrijven in plaats van te spreken.
Laat alle leerlingen één zin over vriendschap schrijven.
Gebruik minstens 4 en maximum 7 woorden.
Laat iedereen zijn/haar zin luidop voordragen.
Kies een volgorde voor de zinnen zodat ze samen een mooi gedicht vormen.

 


 

Download:

Voorbeelden voor de oefening 3

Trick

Trick

Trick